Over het vertalen van Ginevra Lamberti’s Iedereen slaapt in de vallei door Manon Smits

20 januari 2024
| | | |

Manon Smits vertaalde Ginevra Lamberti’s Tutti dormono nella valle als Iedereen slaapt in de vallei. Op ons verzoek licht ze het boek en de vertaling toe. Lees over de vallei en de verslaafden, de autobiografie en de stijl.

Il ventotto di novembre, appena dopo il tramonto, una figura scende la strada sterrata a ridosso del bosco.
Op 28 november, net na zonsondergang, loopt er een gedaante bergafwaarts over het zandpad langs het bos.

Iedereen slaapt in de vallei begint met de achttienjarige Costanza die zich wil losmaken van het benauwende leven in haar ouderlijk huis in een smalle vallei ergens in Noord-Italië. De beschrijving van ‘het gele huis’ en de naargeestige sfeer die er hangt tijdens het avondeten grijpt je meteen bij de keel.



De vallei en de commune

Haar moeder Augusta moest als jong meisje al hard werken en berustte in een vroeg huwelijk en een leven in de vallei. Costanza verzet zich tegen die berusting en wil de wijde wereld in. Het zijn de jaren zeventig en ze leidt een hippiebestaan met vriendinnen terwijl ze door het land liften, op straat slapen, concerten bezoeken, jointjes roken. Ze krijgt een relatie met Claudio uit Rome, die heroïne gebruikt, een groot probleem onder jongeren in die tijd. Uiteindelijk meldt Claudio zich aan bij een verslaafdenopvang onder leiding van ‘de Grote Baas’, waar het er anders aan toegaat dan in andere afkickcentra die allemaal vanuit de kerk zijn georganiseerd en meer vrijblijvend zijn. Hier is het de bedoeling dat de bewoners er voorgoed blijven wonen en vormen ze samen een gemeenschap waar allerlei werkzaamheden worden verricht en die steeds meer zelfvoorzienend wordt. Claudio voelt zich er goed en na twee jaar gaat Costanza er ook wonen.

In 1985 wordt daar hun dochtertje Gaia geboren. De gemeenschap begint echter steeds meer op een commune te lijken; de Grote Baas wil zelfs bepalen wat mensen denken. Toen Claudio er voor het eerst kwam woonden er zo’n 150 mensen, op het eind waren ze al met meer dan duizend. Voor de bewoners betekende het een nieuw leven; zonder deze plek waren de meesten waarschijnlijk allang dood geweest. Voor hun wanhopige ouders was het de laatste strohalm. Met het excuus dat de baby kinkhoest heeft en frisse berglucht nodig heeft, mogen Costanza en Claudio haar naar Augusta brengen in de vallei (ook al is daar niet echt sprake van berglucht), maar het regime is zo streng dat ze zelf in de opvang moeten blijven.

Later gaan ze er toch weg, eerst naar de vallei van Costanza’s moeder en vervolgens trekken ze van hot naar her, om uiteindelijk toch weer in de vallei te belanden. Pas als Claudio is gestorven kan Costanza zich ertoe zetten voorgoed weg te gaan uit de vallei, samen met haar beste vriendin Livia. Dat verrast Gaia, die altijd het idee had dat ze er niet weg kon, ‘want de vallei is geen plek maar een tijd waar geen eind aan wil komen, het leven hier is geen tijd maar een plek waarvan de uitgang niet te vinden is.’ Uiteindelijk trekt ook zij als achttienjarige de deur van het gele huis achter zich dicht en gaat de wijde wereld in.

Ginevra Lamberti en de autobiografische achtergrond

Ik kende Ginevra Lamberti al enkele jaren als een interessante jonge schrijfster wier stijl me erg aansprak. Ze debuteerde in 2015 en had twee romans gepubliceerd toen ze in 2020 de documentaire SanPa op Netflix zag, over de verslaafdenopvang San Patrignano die in 1978 in de buurt van Rimini werd gesticht door de ‘Grote Baas’ Vincenzo Muccioli. Dat was de plek waar zij was geboren; Lamberti is zelf Gaia, de baby die in de opvang ter wereld kwam. In een interview vertelde de schrijfster dat ze dat feit altijd liever stilhield, maar na het zien van de documentaire vond ze dat ze er toch over moest schrijven. Voordat ik het boek ging vertalen heb ik de serie ook gekeken, en ik was zeer onder de indruk. In de roman worden de namen niet genoemd en wordt de opvang puur beschreven vanuit de ervaringen van Claudio en Costanza, maar de serie maakt duidelijk dat er weliswaar honderden succesverhalen waren, maar dat Muccioli ook werd aangeklaagd vanwege zijn onorthodoxe methoden bij de moeilijke gevallen. Het is een interessant dilemma: wat doe je als overheid met iemand die anderen helpt, maar daarbij wel de wet overtreedt? Toen Muccioli werd veroordeeld tot een gevangenisstraf waren zijn ‘gasten’ en hun ouders woedend en in de publieke opinie werd hij steeds populairder. ‘Liever een kind dat een paar dagen zit opgesloten dan een dood kind,’ zeggen ouders in de documentaire.

Luchtig en ironisch

Los van dit vraagstuk, dat helaas nog altijd actueel is, zijn het vooral Lamberti’s sprankelende taalgebruik en originele denkbeelden die me enorm aanspreken. Het zijn vaak geen gemakkelijke zinnen om te vertalen, maar wel extra bevredigend als je er een mooie oplossing voor hebt gevonden die recht doet aan de stijl, die even verrassend uit de hoek komt en toch ook natuurlijk klinkt in het Nederlands.

Toen ik door het boek bladerde op zoek naar een voorbeeld kon ik haast niet kiezen, want er komen zoveel interessante zinnen in het boek voor, soms vormen ze een soort miniatuurtje, alsof Lamberti met een paar penseelstreken een prachtig portret schildert van een plek of een tijdperk. Zoals deze over de vallei:

La campana della chiesa suona con tre minuti di ritardo sull’orario del resto del mondo. Se persone munite di orologi – dapprima nei taschini e in seguito ai polsi – non avessero iniziato ad arrivare da fuori, gli abitanti della valle non se ne sarebbero mai accorti.
De kerkklok luidt met drie minuten vertraging ten opzichte van de tijd in de rest van de wereld. Als er niet steeds meer mensen met horloges – eerst in hun borstzakje en later aan hun pols – van buitenaf in de vallei waren gekomen, hadden de bewoners het nooit gemerkt.

Of de beschrijving van het gele huis, waar Costanza opgroeit met haar stugge, stille ouders:

In sala da pranzo ci saranno venticinque gradi, e nel resto della casa quattro. I vecchi tengono tutte le porte chiuse per non sprecare troppa legna. Ci sono delle regole, e in questo caso la regola e` che nel cucinino si cucina, in sala da pranzo si mangia, nelle camere si dorme, in salotto ci sono la credenza delle bomboniere e i servizi di piatti buoni per le grandi occasioni. In termini energetici questo significa che se stai cucinando ti muovi e se ti muovi ti scaldi, se stai dormendo sei coperto da trapunte di lana e se sei coperto non hai freddo, se sei nel salotto delle bomboniere e del servizio buono sei nel posto sbagliato, perche´ le grandi occasioni non arrivano mai. L’unica stanza degna di essere riscaldata e` quella in cui si mangia, perche´ a riempire il corpo gelato ci si ammala e chi si ammala non produce.
Het is zeker vijfentwintig graden in de eetkamer, en in de rest van het huis vier graden. De ouwelui houden alle deuren dicht om niet te veel brandhout te verspillen. Er gelden regels, en in dit geval is de regel: in het keukentje wordt gekookt, in de eetkamer wordt gegeten, in de slaapkamers wordt geslapen, in de woonkamer staan het dressoir met de bruidssuikers en het goede servies voor belangrijke gelegenheden. In energietermen betekent dat: als je kookt beweeg je, en als je beweegt word je warm, als je slaapt ben je bedekt met gewatteerde dekens en als je bedekt bent heb je het niet koud, als je in de woonkamer met de bruidssuikers en het goede servies bent zit je verkeerd, want die belangrijke gelegenheden dienen zich nooit aan. De enige kamer die het waard is verwarmd te worden is die waar wordt gegeten, want als je een koud lijf volstouwt word je ziek, en wie ziek is brengt niets op.

De verslaafdenopvang is slechts een onderdeel van het verhaal over de drie generaties vrouwen die ieder hun eigen vrijheid zoeken, maar ook op zoek zijn naar een thuis, of dat nu is in de vorm van een huis of bijvoorbeeld een vriendschap. En het gaat over de moeizame communicatie tussen de generaties. Lamberti schrijft op een luchtige, ironische toon over zaken waar niets luchtigs aan is, maar haar ironie schept geen kille afstand tussen de lezer en de personages van haar boek — die beschrijft ze juist met een warme, licht ironische empathie die me diep raakt. Het is echt een literair talent om humor en ironie op deze manier te kunnen gebruiken. Ik ben heel benieuwd wat Lamberti nog meer voor ons in petto heeft.

Manon Smits vertaalt boeken uit het Italiaans (onder meer van Alessandro Baricco, Silvia Avallone, Jhumpa Lahiri, Claudia Durastanti en Domenico Starnone) en uit het Engels (waaronder werk van Emma Donoghue en Elif Shafak). Ze was bestuurslid van de Stichting Lira en de VertalersVakschool Amsterdam en maakte deel uit van de organisatie van de Literaire Vertaaldagen. Smits lichtte op onze site vertalingen toe van de boeken van Claudio Morandini, Elsa Morante, Roberto Camurri en Alessandro Baricco.

pro-mbooks1 : athenaeum