Philippe Sands en Walter Kempowski (het recensieoverzicht van de week van 15 april 2020)
21 april 2020Onze wekelijkse samenvatting van de recensies in kranten en tijdschriften, met deze week aandacht voor Rob Schouten, Saskia de Jong, Patti Smith, Kenko, Judith Fanto (Trouw), Paolo Giordano, Claudia Durastanti (de Volkskrant), Paulien Cornelisse, Hans Fallada (Het Parool), Naoko Abe, Joost de Vries, Jia Tolentino (NRC Handelsblad), Philippe Sands en Walter Kempowski (De Groene Amsterdammer).
Oudere afleveringen van deze rubriek zijn te raadplegen in ons archief. Tussen rechte haken staan de redactionele items op Athenaeum.nl.
In Letter & Geest van Trouw een afscheidsinterview met een van de belangrijkste recensenten an de afgelopen decennia: Rob Schouten. Na veertig jaar, zo’n 1600 recensies en een even enorm aantal columns, zwaait hij af. In een mooie terugblik, vertelt Schouten over van alles. Over de opmerkelijke manier waarop de keuze voor zijn vak tot stand kwam bijvoorbeeld: ‘Mijn eerste aandrang was schrijver en dichter worden. Maar ik heb ooit voor de grap een tarotkaart laten leggen en daar bleek duidelijk uit dat ik me beter als criticus kon profileren. Ik heb dat, ondanks mijn skepsis, toch ter harte genomen.’
Over zijn ontwikkeling als criticus: ‘In het begin was ik polemischer […] maar ik heb zelf altijd het meest gehad aan recensies waarin de bedoelingen van een schrijver werden uitgelegd. Die voorlichtende functie vind ik het belangrijkst.’ Over zijn werk als columnist: ‘Ik ben blij dat ik de kans heb gekregen om columnist te worden, vooral omdat ik er alerter door ben gaan leven.’ En over wat er in het verschiet ligt: ‘Ik ben met een derde roman bezig.’ Want schrijver en dichter is Rob Schouten ondanks de tarotkaart geworden.
Janita Monna richt haar vizier op de bundel Het jaagpad op en af van Saskia de Jong. Grillig, associatief, onvoorspelbaar, noemt Monna de bundel, ‘vol intrigerende regels en beeldende zinnen.’ Er ‘klinken allerlei stemmen, uit allerlei registers. Kinderliedjes dus, en Gert en Hermiens deinende “sjalalalie, sjalalala’, dat meteen voert naar die regen van duiven uit dat vraag- en antwoordspel, de Bijbel, sprookjes, tal van schrijvers onder wie Lucebert. […] De Jongs poëzie staat nergens stil, maar beweegt als eb en vloed.’
‘Ik ben altijd het meest trots op mijn volgende werk,’ zegt dichter, muzikant, beeldend kunstenaar en schrijver Patti Smith in het interview dat Lieke Kézér met haar hield naar aanleiding van haar boek Jaar van de aap [fragment]. ‘Een poëtisch memoir’, vermeldt het omslag, en Kézér vraagt daarnaar: Het boek is deels fictie, toch? ‘Vroeger zou een boek als dit gewoon literatuur genoemd worden. Jean Genet schreef autobiografische boeken, gebaseerd op feiten, maar hij gaf daarbij veel ruimte aan zijn verbeelding. […] Zelf zou ik [Jaar van de aap] autobiografische fictie noemen.’
Berthold van Maris essayeert over De kunst van het nietsdoen [fragment], van de veertiende eeuwse Japanse dichter, schrijver, hoveling en monnik Kenko. ‘Helemaal geen slechte keuze voor wie in deze vreemde tijd op zoek is naar wat slow reading’, schrijft Van Maris. ‘Juist als je niets doet, kunnen er heel heldere gedachten in je opwellen, zo prachtig dat je ze meteen zou willen opschrijven.’ ‘Heerlijk tegendraads, zoals je mag verwachten van een monnik met taoistische sympathieën’, traditioneel maar vaak ook verbazingwekkend modern.
En verder:
- Sylvia Heimans over Viktor [fragment], het romandebuut van Judith Fanto. Het boek van de week is een tweede-generatieroman in de traditie van Marja Vuijsje en Saskia Goldschmidt. ‘De generatie erna vraagt zich af welke betekenis de oorlogservaringen van hun (groot)ouders hebben voor hun eigen leven. Fanto heeft het antwoord op deze vraag verwoord in een rijke en liefdevolle ode aan haar familie waarin ze haar eigen plek heeft gevonden.’
- Gerrit-Jan Kleinjan kritiseert De Goldbergvariaties. Een verhaal over Bach en rouw van Phillip Kennicott, omdat de opzet van het boek maar deels slaagt: het verband tussen Bach en rouw blijkt ‘dikwijls diffuus’. Gelukkig maken Kennicotts eruditie en zijn aanstekelijke manier van schrijven veel goed.
- Bas Maliepaard schrijft over De gemene moord op Muggemietje van Ted van Lieshout, dat qua vorm een vervolg lijkt op het meermaals bekroonde Ze gaan er met je neus vandoor. Muggemietje ‘is luchtiger’, maar ‘even knap bedacht en uitgewerkt’. Ook schrijft hij over het nieuwe nummer van DICHTER, het kwartaaltijdschrift met poëzie voor kinderen van 6 tot 106. Dit keer vol met Coronapoëzie.
- Vrouwkje Tuinman, de winnaar van de Grote Poëzieprijs, tipt boeken voor thuisblijvers en/of tuiniers. Boeken van Grayson Perry, Nicolien Mizee [fragment | onze recensie], Philip Glass en Allan Jenkins.
- Ook getipt: Goede verhalen zijn zelden waar van Harald Merckelbach, Onder het Melkbos [fragment] van Dylan Thomas, vertaald door Erik Bindervoet, en Solo naar Suriname van Rob Biersma.
De recensies van Trouw verschijnen elke zaterdag in Letter en Geest, en zijn voor abonnees te raadplegen op trouw.nl. Trouw is te koop bij het Nieuwscentrum.