Recensie: Rijk en raak: Christopher Childers' epische bloemlezing van lyriek uit de oudheid

‘An epic undertaking: in a sort of personal odyssey, it has detained me for ten years now.’ Christopher Childers introduceert zijn bloemlezing uit de Griekse en Latijnse lyriek wat woordspelig, maar je begrijpt het alleszins: deze duizend pagina’s van Archilochos tot Martialis zijn rijk en raak, of, zoals Glenn W. Most in zijn nawoord zegt: ‘generously capacious’.

• Lees Doeschka Meijsing over Sapfo's Gedichten in de Perpetuareeks
• Lees Daan Stoffelsen over de bloemlezing Een blijvend bezit
• Lees Jacob Zwaan over David Campbells Loeb Classical Library-editie van de Griekse lyriek
• Lees de inleiding en twee oden uit Paul Claes’ bloemlezing Pluk de dag, uit Horatius’ Oden
• Lees Piet Schrijvers over zijn Martialis-vertaling
   
• Lees Daan Stoffelsen over Roels andere Week van de Klassiekentip: Aischylos' Tragedies

Het voelt wat eigenaardig om in deze zeer Nederlandse Week van de Klassieken te wijzen op een Engelstalige, gebonden bloemlezing, maar de Oudheid is iets internationaals! Dat wordt onderstreept doordat het essay, Is geschiedenis fictie?, geschreven is door onze grote Genuese schrijver. En het is iets tijdloos: we kunnen met een bloemlezing als deze bijna drie millennia terug, en in een week als deze kunnen we ook het nieuwe Grieks-Nederlandse woordenboek (onder redactie van Ineke Sluiter, Ton Kessels, Albert Rijksbaron en Lucien van Beek) aanprijzen, dat in juni verschijnt.

Dus: ik doe het toch. Childers’ selectie gaat verder dan wat de Grieken en Romeinen als lyriek zouden beschouwen, ook andere metra komen aan bod. Ook Archilochus en Theognis, ook Propertius en Ovidius staan ertussen. ‘But does this really matter, or is it merely a trivial academic question of obsolete terminology,’ vraagt Most zich af. Ja, en nee, natuurlijk: de vorm zegt iets over de cultuur en opvoeringsomstandigheden bij de literatuur, maar voor moderne lezers die ver buiten deze traditie staan, is deze bloemlezing van korte gedichten betrekkelijk homogeen. Die overweging maakt deze frisse blik op de canon interessanter, hij scherpt je denken over poëzie toen en nu.

Maar vooral is het een genoegen om de classics onder de lyrische gedichten weer langs te zien komen, en tussendoor gewezen te worden op de rest van de canon. Tussen Sappho’s 31ste: ‘He seems like the gods’ equal, that man, who- / ever he is, who takes his seat so close across from you, and listens raptly to / yout lilting voice’ en Catullus’ tweede: ‘Sparrow, my sweetheart’s favorite baby — / she loves to keep you in het lap, / to poke your beak with her fingertip, / beckoning you to nip and peck it’ zitten meer dan driehonderd pagina’s. Daar redden we het wel mee tot de Week van de Klassieken van 2025.

Roel Salemink is winkelmanager bij Athenaeum Boekhandel Spui en archeoloog. Daan Stoffelsen is webshopmanager van Athenaeum.nl en classicus.