Over de eerste zin van Fridolin Schley, De verdediging, vertaald door Anne Folkertsma en Marianne van Reenen

28 september 2023
| | | | | |

Anne Folkertsma en Marianne van Reenen vertaalden Fridolin Schleys Die Verteidigung als De verdediging. Op ons verzoek lichtten ze de vertaling van de eerste zin en de rest van het boek toe. Lees over hun keuze voor de Statenvertaling, de achtergronden van deze indringende roman en hoe Schleys trouw aan de bronnen tot vertaalmoeilijkheden leidt.

De waarheid en de zoon

Die Wahrheit wird euch frei machen.
De waarheid zal u vrijmaken.

Met deze woorden uit het evangelie van Johannes (8:32) opent de vrij onbekende auteur en literatuurwetenschapper Fridolin Schley zijn documentaire roman over Ernst en Richard von Weizsäcker.

Soms wikken of wegen vertalers welke Bijbelvertaling ze moeten gebruiken, maar hier was het evident: de Statenvertaling, want de Von Weizsäckers waren streng protestant. In het Duits ontstaat bij de eerste zin ook een uiterst wrange auditieve associatie. ‘Die Wahrheit wird euch frei machen’ klinkt door in de overbekende leus boven de toegangspoorten van concentratie- en vernietigingskampen: ‘Arbeit macht frei.’ In deze simpele openingszin en het vervolg van de Bijbeltekst: ‘als dan de Zoon u vrijgemaakt heeft, zult u werkelijk vrij zijn’ (8:36) ligt de kern van de roman besloten.

Diplomaat in nazitijd

Schley schreef zijn roman naar aanleiding van een foto, genomen tijdens het Proces van Neurenberg, waarop Ernst von Weizsäcker als voormalig staatssecretaris van Buitenlandse Zaken (1938-1943) en ambassadeur bij het Vaticaan (1943-1945) vanuit het beklaagdenbankje met een brede glimlach opkijkt naar zijn jongste zoon Richard, die met een minzame blik naast hem staat maar elk oogcontact vermijdt. In toga, want hij behoorde als aankomend jurist tot het team van de verdediging.

Het adellijke geslacht van de Von Weizsäckers was ruim vertegenwoordigd binnen de kerk, de politiek en de rechterlijke macht. Ook Ernst maakte snel carrière, eerst bij de marine en daarna bij de Duitse diplomatieke dienst. Schley beschrijft hem als een vrij afstandelijke en afwezige vader die vindt dat zijn verplichtingen buiten het gezin liggen en dat hij het hogere moet dienen.

Onder het regime van de nazi’s kwam dit vooral neer op het in eigen ogen nuanceren en afzwakken van memoranda en nota’s. Op toespitsingen in de diplomatieke taal, waarmee hij, zoals hij later in het proces aanvoert, ‘erger probeerde te voorkomen’ en van binnenuit oppositie trachtte te voeren. Maar volgens de aanklagers had hij zich medeplichtig gemaakt aan misdaden tegen de menselijkheid als de deportatie van Joden.

Toen de grond hem bij het ministerie te heet onder de voeten werd, greep hij de kans aan als ambassadeur de wijk te nemen naar het Vaticaan. Aldaar raakte hij in de ban van de omgeving, genoot van intellectuele discussies met paus Pius xii en werkte ideeën voor een nieuwe internationale vredesorde uit, terwijl de Romeinse Joden in groten getale werden weggevoerd.

Vrijmaking

Toch waant Ernst zichzelf na de oorlog onschuldig, omdat hij als rechtgeaard patriot onder razend moeilijke omstandigheden altijd het goede nastreefde. Het is voor hem een immense schok een aanklacht te ontvangen. En al zijn hoop is gevestigd op ‘vrijmaking door de zoon’.

Richard, die zich aan de familie verplicht voelt, komt daardoor in een lastig parket. Vader en zoon zijn uit elkaar gegroeid maar nu wordt hij ineens gebombardeerd tot zijn vaders vertrouweling. Hij wil in de onschuld van zijn vader blijven geloven, maar diens dagboekaantekeningen en diplomatieke nota’s vervullen hem met stijgende verbijstering.

Taalkundige kronkels

Schley heeft een groot deel van de roman, die vooral vanuit het perspectief van zoon Richard is geschreven, gebaseerd op historische bronnen. Hij vult alleen aan waar nodig en maakt de kafkaëske dimensie van het proces duidelijk. Vallen waarheid en schuld werkelijk vast te stellen, of is er sprake van parallelle universa? Bestaan er meerdere waarheden naast elkaar? Eén ding is zeker: het vergoten bloed van onschuldigen kan niet door tekstuele spitsvondigheden teniet worden gedaan.

Die taalkundige kronkels waren overigens wel lastig te vertalen. Wij hadden bij deze roman een hele kluif aan het omzetten van de diplomatieke taal, de juridische (drog)redeneringen en de gedetailleerde beschrijvingen van het paleis van justitie.

Het proces tegen Von Weizsäcker raakte destijds in Duitsland een gevoelige snaar. Als deze beschaafde diplomaat schuldig werd bevonden, zou de hele Duitse hoge ambtenarij zich aan oorlogsmisdaden schuldig hebben gemaakt. Het publieke debat, waaruit in de roman uitvoerig wordt geciteerd, laaide hevig op en keerde zich tegen de Amerikaanse aanklagers. Schley beschrijft hoe de verdediging honderden prominenten mobiliseert om vóór Weizsäckers nobele inborst te getuigen. Diens vrijspraak is immers ook in hun belang.

Uiteindelijk wordt Ernst veroordeeld tot een relatief lage straf. De Koude Oorlog is uitgebroken en de Amerikanen hebben de steun van Duitsland nodig tegen een nieuwe vijand: de communistische Sovjet-Unie. Ruim een jaar na het vonnis wordt Ernst vrijgelaten, maar hij sterft drie jaar later als een gebroken man. Zijn zoon zou vervolgens uitgroeien tot een modern boegbeeld, de bondspresident die in 1985 in een vermaarde toespraak aangaf dat de geallieerden Duitsland de facto van de nazi’s hadden bevrijd.

Universele vragen omtrent oorlog, vrede en medeplichtigheid

De verdediging is bepaald geen lichte kost, maar wel een indringend rechtbankdrama over het Proces van Neurenberg, waarin belangrijke vragen worden opgeroepen en Schley erin is geslaagd de achterliggende morele kwesties op een hoger plan te tillen. Zijn roman gaat niet alleen over de Tweede Wereldoorlog, maar raakt aan existentiële vragen omtrent oorlog, vrede en de rol van de ambtenaar in tijden van oorlog.

Anne Folkertsma vertaalde veel werk van Hans Fallada, schreef een biografie over hem, en ook andere literaire auteurs wier werk een historische component bezit zoals Ernst Haffners Bloedbroeders over de straatjeugd in Berlijn in het interbellum. De Oekraïense geschiedenis en die van haar ouders, dwangarbeiders in dienst van de nazi’s, worden aangrijpend belicht door Natascha Wodin in Ze kwam uit Marioepol, Ergens in dit duister en Nastja’s tranen. Met Marianne van Reenen vertaalde Folkertsma verhalen van schrijver-filosoof, cinematograaf en intellectueel enfant terrible Alexander Kluge, die zich met alle aspecten van de Duitse politiek en geschiedenis bemoeit: Lente met witte vlaggen. Bovendien vertaalde ze met Jantsje Post Wolfstijd. Duitsland en de Duitsers 1945-1955 van journalist/cultuurhistoricus Harald Jähner en onlangs, met Ralph Aarnout, Hoogteroes. Duitsland en de Duitsers tussen de oorlogen. Voor Athenaeum.nl lichtte Folkertsma haar vertaling van Bov Bjergs Auerhaus toe.

Marianne van Reenen vertaalde naast korte verhalen van Arthur Schnitzler, Marlen Haushofer en Franz Kafka, die zijn gepubliceerd in het tijdschrift Liter, een roman van de Sloveens-Oostenrijkse auteur Maja Haderlap (De engel van het vergeten) over de vervolging van de Sloveense minderheid in Oostenrijk tijdens het nationaalsocialisme, werk van de Oostenrijkse auteur Michael Kohlmeier (Twee heren op het strand en De man die terugvindt wat verloren is) en een coming-of-age roman van de Roemeens-Duitse auteur Eginald Schlattner over een Roemeense jongen die in de Tweede Wereldoorlog in de ban raakt van het nationaalsocialisme (De onthoofde haan).

 

Over de eerste zin van Fridolin Schley, De verdediging, vertaald door Anne Folkertsma en Marianne van Reenen

Delen op

€ 24,99
pro-mbooks1 : athenaeum