Leesfragment: In mijn mand

21 januari 2021 , door Lieke Marsman
| | |

21 januari verschijnt de nieuwe bundel van Lieke Marsman, de nieuwe Dichter des Vaderlands: In mijn mand. Lees bij ons twee gedichten.

In mijn mand, de derde bundel van Lieke Marsman, behandelt de grootste thema’s die het menselijke bestaan kenmerken: de waarde van het leven en de plek van de dood in een mensenleven. Hoe leef je met een levensbedreigende ziekte? Hoe verandert dat je blik op de wereld, op wat van waarde is, op wat je je herinnert en het verloop van de tijd? En hoe verhoud je je tot de wereld in dergelijke omstandigheden? Trek je je eruit terug, of laat je je juist gelden en houd je die wereld een spiegel voor? Lieke Marsman kiest resoluut voor het laatste.

N.B. Beluister ook de podcast die we met Ellen Deckwitz en Marsman opnamen over Het tegenovergestelde van een mens en lees onze bespreking. Lees twee gedichten uit haar debuut De eerste letter en een interview door Marleen Louter over die bundel.

 

De onttovering van de wereld

regen en ruzie
maar we worden beschermd
door de plastic blokken
van de McDonald’s speelplaats
in mijn broekzak heb ik
mijn meest kostbare bezit
tot nu toe: een miniatuur Katrien Duck
die uit een roze doosje springt
zodra je het opent

twintig jaar later raak ik verstrikt
in de wachtwoorden
en patiëntnummers
die ik nodig heb
om toegang te krijgen tot mijzelf
en ik voel mij onttoverd
er is niets magisch aan dit leven
waarin een balie een schavot is
waarin de snelle achteruitgang
aan het eind een angst is
‘Ze voelde zich goed. Toen was ze dood.’
als een nieuwe fleece trui die een keer gewassen werd

zeg me dat de mensheid
haar geloof verliest en ik antwoord
we waren altijd al achterdochtig
we knepen alleen nog een oogje dicht
hadden in een ver verleden ergens gelezen:

het is beter met één oog
het eeuwige leven binnen te gaan
dan met twee ogen
in het eeuwige vuur te worden gegooid

 

Koningen, kuikens

we vonden een reusachtig kleed
op het Rembrandtplein
ik knoopte het om en was de koning
van de Reguliersdwarsstraat
een hoogpolige mantel
voor een hooggevoelige schreeuwlelijk
tien jaar lang speelde ik voor extravert
toen pinden ze me vast op een ziekenhuisbed
en mijn bloedvaten nietten ze dicht
nu ken ik mijn bloedgroep
en mijn vriendengroep
die met de maand kleiner wordt
en weet ik wat ik al die tijd gemist heb
toen ik bang was iets te missen:
mezelf, verbaasd en gebogen
over de God van Spinoza bijvoorbeeld
hoe die zich soepel naar mijn overtuigingen voegt
over de dagboeken van Sontag
aan wier lijstjes ik mijn potlood slijp
over de kwatrijnen van Khayyam
en de pratende vogels van Attar
hoe we hen vergaten en ontdekten
en vergaten en ontdekten en vergaten
tot iemand hen in 2270 voorgoed ontdekt
en de ruimte inschiet naar waardigere kuikens
over Het einde van de rode mens van Aleksijevitsj
de eerste die dit fladderend vallen verstond
en over dit fladderend vallen zelf
hoe je in vrije val je dagelijkse bezigheden
bezigt. je valt, maar je verstuurt de acceptgiro
en je valt, maar de conservenblikken
in de trapkast vormen torens. je valt,
zoveel is zeker. je fladdert, maar amper.

 

© Lieke Marsman

pro-mbooks1 : athenaeum