Recensie: Kom je ook in het Auerhaus wonen?

15 mei 2017 , door Kamiel Beunk
| |

Höppner is samen met zijn vriendin Vera een paar dagen naar Berlijn, om te vluchten van zijn moeder en haar nieuwe vriend, met wie hij het niet goed kan vinden. Als hij terugkomt op school is zijn beste vriend Frieder er niet. Al snel komt hij erachter wat er gebeurd is: Frieder heeft zichzelf van kant proberen te maken door een overdosis slaappillen van zijn moeder te gebruiken. Frieder komt in een kliniek terecht en wil daarna eigenlijk niet meer terug naar huis. Om dat op te lossen gaat Höppner met Frieder samenwonen in het huis van Frieders overleden opa. Dit bijzondere verhaal lees je in Bov Bjergs nieuwe boek Auerhaus, een boek met een heel eigen schrijfstijl, die ook na haar vertaling door Anne Folkertsma behouden blijft. 

N.B. Eerder lichtte Anne Folkertsma de vertaling voor ons toe. Lees haar verhaal op Athenaeum.nl.

Het plan was eerst om met z’n tweeën in dit huis te gaan wonen, maar al gauw komen er meer vrienden uit het dorp bij Höppner en Frieder wonen. Samen proberen ze er voor te zorgen dat Frieder zich niet alsnog van kant maakt, en werken ze toe naar hun eindexamen. Ze noemen hun huis Auerhaus, naar een liedje dat ze iemand hoorden neuriën. In de tijd tot hun eindexamen hebben ze allemaal hun eigen problemen: Höppner moet bijvoorbeeld binnenkort in dienstplicht, maar heeft daar geen zin in. Vera gaat vreemd met een vriend van Frieder die ook in het huis is komen wonen. Wat moeten ze doen na hun eindexamen? Een deel van hen begint te stelen omdat er een geldtekort heerst  En er is altijd de angst dat Frieder zichzelf weer iets aan gaat doen.

Geen standaard boek

In het begin had ik een beetje moeite om in het boek te komen, de eerste paar hoofdstukken spraken mij nog niet zo aan. Dat kwam deels door het feit dat je in de eerste paar hoofdstukken nog met veel vragen zit. Dat is natuurlijk goed want het maakt je nieuwsgierig, maar mij irriteerde het soms. Verder vond ik het ook lastig om aan Bergs schrijfstijl te wennen. Die is anders dan ik gewend was, als je aan het boek begint voelt het alsof de zinnen die samen een alinea vormen ook allemaal losse zinnen hadden kunnen zijn.

Maar na een paar hoofdstukken was ik daaraan gewend. En ik kwam erachter dat wat het in eerste instantie losse zinnen liet lijken, er uiteindelijk voor zorgde dat het samen weer een geheel vormde. De zinnen zijn allemaal vrij kort en direct, waardoor je tijdens het lezen alles goed moet lezen, anders mis je belangrijke dingen. Ik raak zelf vrij snel afgeleid tijdens het lezen, en moest een paar keer teruglezen. Maar dat is denk ook wel weer goed, want daardoor blijf je wel opletten en wordt je helemaal meegenomen in het boek. 

Ik denk dat juist Bjergs schrijfstijl het boek literair maakt, want het onderwerp ‘jongeren die samenwonen’ is vrij basic. Maar door de manier waarop Bjerg het vertelt is het geen standaard boek. Het boek opent met eind van het verhaal, daarna gaat het verder met het eigenlijke begin totdat het verhaal weer bij het punt van het eerste hoofdstuk kwam. Dit komt in veel boeken voor, en vaak vind ik het zelf vervelend, maar het zorgt er natuurlijk ook voor dat je als lezer door wil blijven lezen.

Leef je in

Ik denk dat dit boek een goed Young Adult-boek is omdat de personages mij, en ik denk mijn leeftijdsgenoten, heel erg aanspreken. Vooral de gedachten van het ik-personage zijn heel realistisch beschreven, alsof ze zo uit je eigen hoofd komen. Ook beschrijft Bjerg een vrij zwaar onderwerp, zelfmoord, op een heel luchtige manier.

Ik liep naar de keuken en keek uit het raam. Bij Seidel was het licht al aan. Die zat nu met een kop koffie op de hoekbank naar de radio te luisteren: het weer, de werkzaamheden op de A81, file tussen Mundelsheim en Pleidelsheim.

Opeens stond Frieder naast me.
Hij zei: 'Nog even en in de stal van Seidel gaat het licht aan.'
Daarna niets meer. Drugs en terrorisme dat was wat anders dan doodgewone winkeldiefstal. En dan die bijna-ramp van gisteravond.
Frieder keek niet.
Toch zei ik: 'En?'
Aan de overkant floepte het licht aan. Seidel voerde zijn koeien. Frieder zei: 'Opeens zitten jullie allemaal weer achter glas. Van dat heel dikke glas. Het lijkt alsof jullie super dichtbij zijn, maar in werkelijkheid is het glas hartstikke dik en zijn jullie vreselijk ver weg.'

Frieder vertelt Höppner over zijn gevoelens, hoe hij wel mee wil doen, maar het voelt alsof de rest van de wereld ver weg is. Toch is het niet een heel depressief stukje. Zo is het wel vaker in het boek, er komen namelijk behoorlijk wat serieuzere onderwerpen aan bod.

Je eigen verhaal

Wat ik ook leuk vond aan het boek is dat het tijdens het lezen echt voelde alsof je zelf in het Auerhaus woont. Bov Bjerg schrijft erg realistisch en beschrijft alles duidelijk, maar laat ook nog ruimte over voor je eigen fantasie. Dat maakt het extra leuk om dit boek te lezen. Want iedereen heeft na het lezen een ander beeld van de personages. 

Ik zou iedereen boven op de dertien jaar aanraden dit boek te lezen, want het is gewoon een goed boek. Goed geschreven, leuk verhaal, geen slecht vertaalde zinnen, realistisch en luchtig. Ook denk ik dat dit een boek is dat mensen aan het denken kan zetten. Ik zou zelf wel een keertje op bezoek willen in het Auerhaus.

Anna Anna van Renesse is 15 jaar oud en zit op hockey en tennis, ook speelt ze gitaar. In haar vrije tijd leest ze graag af en toe een boek.

 

 

 

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum