Leesfragment: Alles is liefde

27 november 2015 , door Hassan Bahara
| | |

Morgen in De Groene Amsterdammer, vanavond al te lezen op Athenaeum.nl: Hassan Bahara over Hier sneeuwt het nooit van Gilles van der Loo: 'Hier sneeuwt het nooit, doet precies waar geslaagde korte verhalen zo om geroemd worden: met een korte schets een hele wereld aan emoties en ontwikkelingen oproepen.'

De samenwerking tussen Athenaeum Boekhandel en De Groene Amsterdammer is versterkt: op de site van De Groene kunt u de besproken boeken direct bij Athenaeum kopen.

‘David’, een kort verhaal van niet meer dan vijf pagina’s uit Gilles van der Loo’s debuut, de verhalenbundel Hier sneeuwt het nooit, doet precies waar geslaagde korte verhalen zo om geroemd worden: met een korte schets een hele wereld aan emoties en ontwikkelingen oproepen.

Een scholiere, Dina, is door haar klasgenootje David – ‘zo bruin dat ik onder zijn huid wil voelen’ – gevraagd of ze met hem mee wil naar het ven om daar verkoeling te zoeken aan het water. In een paar zinnen tovert Van der Loo dit onschuldig uitje om in een zinderende en seksueel geladen confrontatie tussen een bakvisje en een stuurse knaap. ‘Ik had niet gedacht dat het buiten zou gebeuren; dacht meer aan onder mijn dekbed, ’s nachts.’ Maar voordat het zo ver komt, is het verhaal uit, over. De spanning in het verhaal is geknapt. Er blijven je geen opmerkelijke gedachten bij, alleen dat beeld van twee pubers in het ven, de aandoenlijke verwarring waarmee ze elkaars lichaam verkennen, en de teleurstelling die ook de teleurstelling van de lezer wordt zodra ontnuchtering het verhaal binnensluipt. Knap gedaan.

Vijftien verhalen telt de bundel. Het verhaal dat mij het meeste bijbleef – niet eens omdat het zo goed is – is ‘Omar’. Het speelt zich af tijdens een sneeuwstorm in New York. Omar is een 21-jarige zwarte buschauffeur die op een ochtend zijn ronde gaat rijden, niet wetende dat dit zijn laatste dag zal zijn als hij bij een halte een zelfmoordterrorist oppikt. Ja, dat is spectaculair – New York, bomaanslag – maar het zorgt ook voor een lelijke afwerking van een verhaal dat juist imponeerde omdat het het niet van opzichtige kunstgrepen hoefde te hebben. Een techniek die Van der Loo veel gebruikt is de vermenging van twee verhaallijnen die op het eerste gezicht niet veel met elkaar te maken lijken te hebben. In ‘Omar’ is het verband tussen die twee verhalen wel meteen duidelijk: Omar die zijn ronde op de bus doet, gemengd met een verhaal over zijn jeugd die hij doorbracht met zijn verslaafde moeder.

Het is vooral dat simpele busritje dat beklijft. Het duurt slechts een paar haltes, maar daarin wordt Omar verliefd en wordt de sneeuwstorm tot een perfect decor gemaakt waarbinnen veerkrachtige New Yorkers worden geschetst. Dat had zonder een spectaculaire ontknoping gekund, die vooral het teleurstellende effect heeft dat het verhaal met terugwerkende kracht een sentimentele tragische lading krijgt.

Van der Loo’s grootste kracht is het mededogen en de liefde die hij met/voor zijn personages heeft. Zelfs in een verhaal als ‘Beloof me dat je altijd bij me zal blijven’, waarin een misdaad wordt gepleegd in een onvermoede oorlog, wint de menselijkheid van de personages het van cynisme en verbittering. Soms verzandt Van der Loo’s empathie in weeïg humanisme, zoals in het verhaal ‘U bevindt zich hier’. Een schrijver wordt op een avond in elkaar geslagen in de metro en wordt in de dagen daarna opgelapt door een zwart meisje. Er ontspint zich een verhouding die wat weg heeft van de Franse filmhit Intouchables (verlamde blanke aristocraat die weer wat plezier in zijn leven terugvindt als hij een zwarte, springerige jongen uit het getto leert kennen). In dit verhaal gaat Van der Loo ook net over het randje van de sentimentaliteit, soms zelfs over het randje van de goede smaak (zwarte mensen die altijd ongecompliceerd blij en simpel zitten te wezen – kom op!). Je gaat bijna verlangen dat ze er vandoor gaat met zijn huisraad, als wraak op haar clichématige portrettering.

Maar goed, één misser op vijftien verhalen die variëren van aardig tot sterk – je kunt je een slechtere score voorstellen bij een debuut.

Zoals gezegd, het is een verhalenbundel boordevol empathie. Van der Loo betrapt zijn personages net op dat breukmoment in hun leven, als ze voor eens en altijd het verlies van een zoon achter zich laten, zoals in het openingsverhaal ‘Het bezoek’, of wanneer een ontbindende vriendschap zijn laatste fase ingaat (‘Caïro’).Van der Loo werkt zijn personages toe naar een staat van berusting, ze krijgen vrede met de uitkomst, wij ook. Die keuze om zijn personages voor emotionele, fysieke of wat voor ellende dan ook te behoeden, zelfs als ze het verdienen (zoals in ‘Beloof me dat je altijd bij me zal blijven’), begint verhaal na verhaal steeds meer op te vallen. In ‘Dag, Bert’is het een stelletje in scheiding dat bij de notaris verlost raakt van wederzijdse wrevel, in ‘De wandelaar’ verzoent het hoofdpersonage zich met zijn naderende einde.

Zo’n afronding van het verhaal, waarin alles weer netjes op zijn pootjes terechtkomt, brengt het gebied van kitsch en sentimentaliteit gevaarlijk dichtbij. Het zou grimmiger kunnen aflopen. Maar Van der Loo neemt een bewonderenswaardig risico, hij blijft volharden in zijn empathie, tot aan de laatste zinnen toe. Een enkele keer loopt dat mis (‘U bevindt zich hier’), maar vaker nog raak je geroerd door hoe warm Van der Loo’s hart klopt voor zijn personages.

De Groene Amsterdammer
Dichters & Denkers

Delen op

Gerelateerde boeken

pro-mbooks1 : athenaeum