Leesfragment: De wedergekeerden

13 maart 2022 , door Georges Perec
|

Nu in onze boekhandels, en 17 maart onderwerp van een avond om 20.00 bij SPUI25: Georges Perecs De wedergekeerden (Les Revenentes), vertaald door Guido van de Wiel. Lees bij ons een fragment.

Deze vertaling van de roman Les Revenentes van Georges Perec is een nieuwe krachttoer van Guido van de Wiel. Twaalf jaar werkte hij aan De wedergekeerden (waarin als contrainte alleen de klinker e voorkomt). In zijn vertaling volgt Van de Wiel het origineel zowel qua vorm (lipogram) als inhoud. Eerder vertaalde hij van Perec (’t Manco), waarin de letter e juist permanent afwezig is. De wedergekeerden vertelt Cléments legende met veel seks en edelstenen. Plek: de kerk te Exeter. Reden: een seksfeest. De deernen Thérèse, Hélène en Estelle hebben eerst seks met de kerkheer zelf, met meerdere preekheren, met de jetset-vedette Bérengère de Brémen-Brévent en verder met de etter Ernest en z’n efeben. De echte reden? ‘B de BB’ brengt d’r edelstenen mee en wenst deze tegen veel geld te venten. Messentrekkende bendeleden wensen echter deze geslepen stenen en het edelsmeedwerk met geweld weg te nemen. Weten Clément en de deernen tegen het end de rest beet te nemen en de edelstenen zelf te stelen?

N.B. Lees ook fragmenten uit De condottiereTips en wenken voor wie zijn afdelingschef om opslag wil vragen en De duistere winkel. En Arjen van Meijgaards bespreking van De condottiere.

 

Net bevreesd mekkerende beesten, bereden zeven velvet green Mercedessen-Benz, de vensters bedekt met crème-gele repen crèpe, beheerst West End Street en zwenkten de eerste weg rechts te Temple Street, steegjes met sterrenkers nemend, begrensd met berken en essen, welke de plek wezen der tengere en tevens verheven Exeter Kerk. Vele mensen wensten de thermen te betreden. Welke verzwegen legenden bleken deze verzegelde vensters te verbergen?
‘Het betreft?’
‘Het betreft de kerkheer! De herder der gemeente!’
‘Je bent gek, het leken me vedetten!’ mekkerde een besje met een lege bek verwezen.
‘Let’s bet three pence! ’k Denk Mel Ferrer!’ beweerde een gesjeesde westernexpert.
‘Me reet! Peter Sellers werd gereden!’ weerlegden zeven teevee-gekken hetgeen beweerd werd.
‘Mel Ferrer! Peter Sellers! Never!’ verweerde ’k me geërgerd, ‘Het betreft Bérengère de Brémen-Brévent!’
‘Bérengère de Brémen-Brévent!!’ repeteerden de mensen perplex m’n exegese.
‘Zeker,’ verhelderde ’k mezelf, ‘Bérengère, Bérengère “The Qeen”, Bérengère “The Legs”, Dresden en Leeds vereren d’r; Rex, de Sélect, de Pleyel dwepen met d’r! Bérengère, de felbegeerde ster met d’r wereldbekende scènes, vedette der vedetten, fee der jetset-gelegenheden en feesten! Ze begeesterde een heel leger geesteleken: de eerste beelden met Bérengère en d’r wegwerpende kleren deden negenennegenteg kerels verlekkerd smelten!’
‘Met welke reden wenst ze de kerkheer te spreken? De preken en vespers bleken zeker geen beweegreden,’ prevelde een betweter met pet en spencer.
‘Let wel!’ preekte ’k belerend. ‘Bérengère wenst terecht de kerkheer te spreken: de kerkheer deelt het erfrecht met Herbert Merelbeke, Thérèse Merelbekes beb, en Thérèse Merelbeke bleek Bérengères beste leerleng!’
Perplex speelde de betweter met z’n ebben leeslenzen.
‘Het leek me extreem verstrengelend: hetzelfde nest, d’r beb, het stempel beste leerleng te hebben.’
De stress werd me te erg; het gebekvecht verwerpend wenste ’k er weg te wezen. De mensen meden me meer en meer. Per pedes beende ’k weg met de wens Hélène te spreken ...

Een leeg schemerend steegje verder herkende ’k spreekteksten welke de ether teder leek te fezelen:
‘... De kerk bleek een begeesterde bende ...’
‘... Er werd te veel met geld gesmeten ...’
‘... Ze vent d’r edelstenen.’
‘Veel?’
‘... En ze heelt?’
‘De kerkheer en z’n netwerk helpen d’r.’
‘... hé hé! ...’
De zeng werd sterker. De rest dreef weg ...

 

Hélène verbleef te Estelles flet, tegen New Helmstedt Street, met rechts Regent’s Street en even verder het Belvedère. ‘Geen entree,’ weerde een strenge cerberes me. Zeven pence verder werd me het betreden zeker gesteld.
Hélène bleek er te wezen. Ze verstrekte me een flesje schweppes, hetwelk ’k ten dele leeglebberde. ’k Legde m’n vest neer en veegde het zweet weg.
‘Weertje, zeg!’
‘De thermemeter geeft zevenenderteg weer!’
‘Geen lente meer, hè?’
Hélène verstrekte me een Kleenex. ’k Depte sereen m’n schedel.
‘Relex! Geen stress!’
Ze leek tevredengesteld, evenwel merkte ’k met welke verve ze de meest recente weetjes meteen wenste te vernemen; sterker, een tel verder checkte ze reeds snel:
‘Bérengère treft de kerkheer?’
‘Yes.’
‘Perfect! Het werkt versnellend!’
‘Welke wensen heb je, Hélène? Vergeet het!’
‘Verrek, Bérengères jewelen en stenen wekken m’n begeerte.’
’k Temperde Hélènes bezeten gekte.
‘Het werd een echec! De kerk bleek geheel beschermd: zeker negenteg tenten dekken de entrees, twee keer zeventeg green berets, gewend de gelederen te versterken, versperren de weg, echt gekkenwerk!’
‘Weg met deze beletsels! ’k Tref ergens een bres en geef mezelf entree, de rest regelen we ter plekke.’
’k Heb evenwel m’n bedenkengen en breng de gezegde teksten te berde welke het lege steegje recent lekte:
‘Vergeef me, er schenen rebelse kerels te wezen welke Bérengères edelstenen eveneens wensen te stelen!’
Hélène zweeg. Enkele tellen verstreken veelbetekenend.
Perplex zegde ’k:
‘Ben je gestrest?’
‘’k Denk,’ stelde Hélène bedeesd.
‘Welke enerverende steelse bedenksels kwellen je?’
‘’k Verdenk deze etter Ernest.’
‘Het verrekte excrement?’
‘Zeker! Deze verpeste vent met z’n zeven Helleense efeben!’
‘’k Wens ze de nek te breken!’
‘Scheer je weg,’ verweet Hélène me fel, ‘je bent gek, een medemens het leven nemen werkt enkel tegen je: eer je het weet, teer je je hele leven weg te Fresnes; we nemen ze wel beet!’
Hélènes reflecteren stemde me tevreden.

[...]

 

© Éditions Julliard, Paris, 1972
Copyright Nederlandse vertaling © 2022 Guido van de Wiel/ bv Uitgeverij De Arbeiderspers, Amsterdam

pro-mbooks1 : athenaeum