Het poëziedebuut We komen van ver van Carmien Michels verscheen deze week. Lees hier twee gedichten uit de bundel.
In We komen van ver neemt Carmien Michels verleden en voorgangers met nuchtere melancholie op de korrel. Verloren vrienden en geliefden passeren. De een wuift ze speels uit, de ander begraaft ze met de nodige dramatiek. In elk gedicht dringt de vraag zich op hoe ze zich moet verhouden tot anderen, haar ouders, haar alter ego’s en de complexe wereld. Haar gedreven gedichten nodigen uit tot maatschappelijke betrokkenheid, maar getuigen eveneens van onmacht en kritiek op radicaal verzet. Ze bevecht met haar pen elk systeem dat mensen wil knechten. ’s Nachts strijdt ze voort tegen haar eigen angsten, schuldgevoelens en controlezucht. Overdag laat ze los en kuiert ze door de straten van Münster, Parijs, Londen, Jeruzalem en Montreal. De grootstad en haar opzwepende liefde, seksualiteit en diversiteit naait ze dicht op haar huid. Haar gedichten zijn krachtig, vleselijk, gezouten, meedogenloos, guitig, kwetsbaar, sappig en taai tegelijk.
Mijn moeder mijn dochter Die droom waarin ik zwanger was van mijn moeder haar er niet over durfde te bellen Of toen mijn vader zei ik wil een meisje zijn Eindelijk zei ik en wreef over mijn buik om te verifiëren of mijn moeder het had gehoord Ze schopte heviger dan ooit net zolang tot mijn vader kromp en kramp in zijn glimlach kreeg Belladonna Macht hebben over iemand is een moment grijpen waarin je beiden de waarheid spreekt Als je lacht en je lacht met jezelf draag je de wereld als een harnas om je naakte lijf Zonder brandwonden kan je niet wegschrobben de sporen van de trein die dagelijks over je rijdt Je grijnst als je in de spiegel kijkt dit is wie ik ben zeg je als ik eerlijk ben Je zwijgt over de zwijgzaamheid die iedere avond wacht tot je je onder haar te slapen legt Onmacht is jezelf wijsmaken dat oude lijken ’s nachts verpulveren tot ochtendprut weg te pulken uit ooghoeken
Die droom waarin ik zwanger was van mijn moeder haar er niet over durfde te bellen
Of toen mijn vader zei ik wil een meisje zijn
Eindelijk zei ik en wreef over mijn buik om te verifiëren of mijn moeder het had gehoord
Ze schopte heviger dan ooit net zolang tot mijn vader kromp en kramp in zijn glimlach kreeg
Macht hebben over iemand is een moment grijpen waarin je beiden de waarheid spreekt
Als je lacht en je lacht met jezelf draag je de wereld als een harnas om je naakte lijf
Zonder brandwonden kan je niet wegschrobben de sporen van de trein die dagelijks over je rijdt
Je grijnst als je in de spiegel kijkt dit is wie ik ben zeg je als ik eerlijk ben
Je zwijgt over de zwijgzaamheid die iedere avond wacht tot je je onder haar te slapen legt
Onmacht is jezelf wijsmaken dat oude lijken ’s nachts verpulveren tot ochtendprut weg te pulken uit ooghoeken
© 2017 Carmien Michels en Polis